Vetoplosbare vitamines bij klachten rond microbioom en/of niet-alcoholische leververvetting

Zowel darm- als leveraandoeningen, waaronder specifiek niet-alcoholische leververvetting (NAFLD), komen veel voor in de westerse samenleving. Er is een duidelijk verband tussen beide: de zogenoemde lever-darm-as. In dit artikel staat het belang van vetoplosbare vitamines centraal. De vertering en opname van die vitamines verloopt immers slechter bij een zwakke darmfunctie en veranderde darmpermeabiliteit. Dat draagt direct bij aan systemische laaggradige ontsteking en aan mogelijke progressie van een leveraandoening zoals NAFLD. 

De rol van vitamines

Bij een zwakke spijsvertering en een verstoorde darmintegriteit loopt vaak als eerste de algehele vetvertering mank, wat ook de opname van vetoplosbare vitamines A, D, E en K benadeelt. Na opname worden de vetoplosbare vitamines grotendeels opgeslagen in de lever. Recent is aangetoond dat ook de lever zelf nood heeft aan die vitamines. Zo blijkt tekort aan vetoplosbare vitamines direct impact te hebben op de pathogenese van NAFLD. [1,2] Voldoende vitamine A vermindert de chronische ontstekingsactiviteit ter plekke. De rol van vitamine D is discutabel: vitamine D-deficiëntie is ofwel oorzaak ofwel gevolg van leverziekten. De combinatie van NAFLD en vitamine D-deficiëntie zorgt voor een hogere graad van leverontsteking en snellere progressie van fibrose. In de Amerikaanse praktijkrichtlijn voor de behandeling van NAFLD, is suppletie van vitamine E reeds geïntegreerd. Vitamine E is een antioxidant die gemakkelijk hydroxyl-, peroxyl- en superoxideradicalen afvangt en zo beschermt tegen lipidenperoxidatie. Suppletie bij NAFLD blijkt de oxidatieve stress te reduceren en zo de progressie te verminderen. De literatuur over de rol van vitamine K bij NAFLD is beperkt. Eén studie bevestigt dat vitamine K1 het risico vermindert op overlijden bij patiënten met chronisch leverfalen [3]. Los daarvan wordt vitamine K1 vaak aangeraden bij chronisch leverfalen vanwege zijn essentiële rol bij de aanmaak van stolllingsfactoren. 

Conclusie

In de therapeutische praktijk gaan verstoringen van microbioom en leverzwakte vaak samen. Zolang het microbioom niet hersteld is, is suppletie van een complex van de vetoplosbare vitamines A, D, E en K voor de hand liggend om mogelijke tekorten te voorkomen. Sowieso blijkt suppletie van deze vitamines een veelbelovende therapie bij NAFLD: het verbetert het lipidenprofiel en vermindert de ontstekingsstatus. 



Science opmerking:

Zeker bij spijsverteringsklachten kunnen geëmulgeerde vetoplosbare vitamines A, D, E en K zinvol zijn, gezien de vaak chronisch verzwakte spijsvertering. Meer lezen over niet-alcoholische leververvetting en de invloed van pre- en probiotica? Lees het artikel “De relatie tussen SIBO en niet-alcoholische leververvetting”.

 

Referenties

  1. Li J, Cordero P, Nguyen V, et al. The Role of Vitamins in the Pathogenesis of Non-alcoholic Fatty Liver Disease. Integr Med Insights. 2016. 2016.
  2. Gurusamy KS, Tsochatzis E, Madden AM. Lifestyle modifications for non‐alcohol related fatty liver disease: a network meta‐analysis. Cochrane Database Syst Rev. 2018.
  3. Xiong Z, Liu Y, Chang T, et al. Effect of vitamin K1 on survival of patients with chronic liver failure: A retrospective cohort study. Medicine (Baltimore). 2020.